Donderdag 7 mei, Jackson – Perry bij Salt Lake city
Gisteren zijn we vroeg gaan slapen en we werden dus ook weer vroeg wakker. Maar wat was het koud, wel onbewolkt, maar het had flink gevroren en we moesten eerst de autoruiten krabben voordat we om half acht van de camping vertrokken.
Het was ca. anderhalf uur tot het Bear Lake, een mooi tussen de bergen gelegen meer. Hiervoor kwamen door de plaatsen Montpelier en Paris, alsof we in Frankrijk reden.
Na het Bear lake reden we een mooie scenic byway door de Logan canyon , een mooie en makkelijk te rijden weg. Dit veranderde nadat we de plaats Logan achter ons gelaten hadden. We daalden af naar de enorme vlaktes van Salt Lake city, vanaf de stad Brigham tot Salt Lake city, een 120 km, rij je door een langgerekt stedelijk gebied aan het Grand Salt Lake. Het is hier erg druk met veel industrie en snelwegen, totaal anders dan de wildernis van we de laatste dagen.
Vanaf de camping, net ten zuiden van Brigham, reden we naar het Antelope State in het Grand Salt Lake, op 65 km afstand. De toegangsweg was via een dam door het meer, in het begin stonk het er vreselijk naar rotte eieren, na enkele kilometers reden we het eiland op. Het is een kaal eiland met enkel gras en heuvels, je krijgt hier wel een goede in druk van het enorme meer. Net als in de dode zee verdampt ook hier al het water wat in het meer stroomt, het is zo zout dat er geen vis in leeft. De zon brandde genadeloos maar in de schaduw was het fris. Aan het strand stonden picknicktafels en hier hebben we onze bij Walmart gekochte geraden kip opgepeuzeld.
Het water was lekker warm en ondiep, om te zwemmen moest je wel een heel eind lopen, dat hebben we maar niet gedaan.
Terug op de camping, waar we een hutje naast een paardenstal hadden, hebben we eerst even gewandeld en de rest van de avond konden we heerlijk buiten zitten lezen en puzzelen.
Woensdag 6 mei, Jackson WY
Jackson is de zuidelijke toegangsstad tot het Grand Teton en het Yellowstone park en in de winter is het een druk skioord. Hierdoor is de stad super toeristisch, het Volendam van het Westen, het centrum bevat nog vele oude houten huizen en vele tientallen souvenirwinkels.
![](https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhJQvAyb8aT1ZSZk6kIGZ_g7hUajQlx4OFxGm94QLGgAm_4YpVIBbbSq9Spus7yorylh0D5tmcw3ztCKEaWxDvaoD_X-9aH59NqMaJ-8WvTv-IF28NzU91orn0AfFiDDUXCOUVUgVL0-SnT/s320/6juni12a+jackson+wyoming+%25286%2529.JPG)
Bij het ‘townsquare’ vonden we een parkeerplaats aan de linkerkant van de weg, Geke stopte en reed achteruit de parkeerplek op. We stapten uit en direct kwam er een politieagent op ons toe die ons verwelkomde en daarop vertelde dat hij zag dat wij uit New Jersey kwamen en dat in Wyoming de wet voorschreef dat je alleen vooruit de auto mag in parkeren bij parkeerplaatsen aan de weg gelegen, dit om ander verkeer niet op te houden. De zeer beleefde agent bood zelfs aan de parkeerplek voor ons vrij te houden zodat we om het plein konden rijden om vervolgens de auto op de juiste wijze te parkeren. Hierna liep de agent op een auto toe uit de staat Wyoming om die te bekeuren wegens het achteruit inparkeren.
Er zijn hier niet alleen veel souvenirwinkels, maar ook exclusieve winkels voor zeer kapitaalkrachtige toeristen, zo zagen we in mineralen winkel stenen en fossielen van tienduizenden dollars. Het pronkstuk was een tafel van $250.000,00 van versteend hout uit een enorme Sequoiaboom, prachtig mooi gepolijst.
Na het eten van een hamburger/frites en nog wat winkels te hebben bekeken, waar we al gauw genoeg van hadden, reden we weer terug naar de camping. De rest van de middag zaten we te puzzelen en te lezen op de mooie schommelbank op de veranda van onze cabin.
Na het zien van een film zijn we al om 10 uur naar bed gegaan.
Dinsdag 5 juni, Yellowstone – Grand Teton – Jackson WY
En alweer is het zonnig en warm. Het is maar een 130 mile naar Jackson WY en we hadden vandaag tijd genoeg om nog wat te bekijken.
Na een uurtje rijden kwamen we bij de geisers die tegen het Yellowstone Lake aan liggen. Een mooi gezicht zo vlak langs de oever.
Na een mooie langzame afdaling verlieten we het Yellowstone park en reden we het gebied binnen van het Grand Teton National Park. Dit is wederom een schitterend mooi park, gelegen om een groot meer omringd door hoge met sneeuw bedekte bergen.
Bij het visitorcenter vertelde een ranger ons dat er in het dal 2 grizzly beren met jonkies waren en ‘you definitely don’t want to meet them’. En hij adviseerde ons om berenspray bij ons te hebben, berenspray is een krachtige pepperspray in een spuitbus van een halve liter. Nee, die hadden we dus niet.
Dan maar geen wandeling in de bergen, toch wilde ik hier wel een mooie wandeling maken. We zochten een parkeerplaats langs het meer op om langs de oever te wandelen. Na een 10 minuten lopen kwamen we een beren waarschuwingsbord tegen, na die gelezen te hebben had Geke geen zin meer in wandelen.
We besloten verder te rijden naar Jackson. Even later zagen we mensen met verrekijkers en camera’s langs de weg, altijd een teken dat er wat te zien is, snel de auto geparkeerd en mee kijken. Het bleek dat hier gisteren een beer met berenbaby’s rondliep en men hoopte die vandaag weer te zien. Even later was er beweging in het struikgewas en meenden we een beer te zien. Maar er kwam een enorme ‘moose’ te voorschijn, een moose is de grootste soort eland die er is. Hij trok zich niets aan van het publiek, liep naar het nabij gelegen meertje en zwom naar de andere kant waar hij in de bosjes ging liggen. Deze soort hadden we nog niet eerder gezien. Wildlife watching geeft toch een soort kick, we begrijpen nu wat mensen bezield om uren lang met enorme verrekijkers te wachten om een glimp van wild op te vangen.
We vervolgden onze weg door dit schitterende gebied naar Jackson, 12 mile ten zuiden van deze stad ligt de camping waar we een cabin kregen pal aan de ‘snake river’.
Morgen gaan we naar Jackson.
Zondag 3 juni, Yellowstone park, elanden, een wolf en een grizzlybeer
Nog moe van de lange dag gisteren lag Geke tot wel half tien te slapen deze morgen, hierdoor had ik mooi de tijd om het verslag te maken en de foto’s te sorteren.
Na het ontbijt reden we eerst maar eens naar de receptie om na te gaan of er ook internet beschikbaar was. Volgens een medewerker van de receptie zou er geen internet voor bezoekers beschikbaar zijn, welcome in the wilderness kreeg ik te horen.
4 Dagen zonder internet is voor mij ondenkbaar, gelukkig ontving ik in de lounge een netwerk waar ik me met mijn creditcard kon aanmelden en even later kon ik een uur internetten, genoeg om te mailen, en het verslag en foto’s te plaatsen. Een hele opluchting.
Als eerste reden we naar de Yellowstone canyon, nog geen 3 mile rijden. Vlakbij de canyon lagen op een helling 2 elanden met grote geweien die zich gewillig lieten fotograferen.
Aan het begin van de canyon zijn 2 watervallen, de eerste is 40 meter hoog en de tweede 90 meter. Om de tweede, de lower fall, te bereiken moet je een trap van 329 treden naar beneden lopen. Eenmaal beneden hadden we prachtig uitzicht op de canyon en op de waterval. Eerlijk gezegd vonden we deze waterval mooier dan de Niagara Falls. Maar we moesten ook nog weer omhoog en dat was best pittig omdat we op een hoogte van 2500 meter waren. Weer boven aangekomen liepen we nog de ‘south trail rim’, een pad van 2,5 km naar Inspiration point vanwaar we van een mooi uitzicht konden genieten.
![](https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEjt5-Oljp6VDCWaE86F5Cd8QksHKVmdgOOiLBnyaHHs3q_YW1sLVVBVuoapxjUmPnB6qrxLGye24IPuekqwvQUz7OD6YonOuw-xp5u5xKLWTv3l7ESBG2qEMkORwdZnJlzCl2kjFG8niWes/s320/3juni12h+mud+volcano+de+draken+bek+%25281%2529.JPG)
Nadat we hetzelfde pad waren teruggelopen reden we met de auto naar de Mud Volcano, spectaculair om te zien, maar het stinkt er enorm naar rotte eieren. Een pad voert langs stinkende kokende modderpoelen, stomende vulkaanspleten en borrelende zwavelbekkens. Sulphur Caldron is een bron met een uitzonderlijke zure pH-waarde van1.2. Dragon’s Mouth Spring is een grot waar kokend water uit borrelt met veel stoom en gorgelende geluiden, de bek van de draak is een heel toepasselijke naam. Black Dragon’s Caldron is een meertje van 24 bij 61 meter en 11 meter diep, de bron van dit meertje zorgt ervoor dat de temperatuur van het water 88 gr. C. is, te warm om in te zwemmen. Voor ons gevoel was het alsof we in een fantasiewereld rondliepen.
Inmiddels hadden we zin in wat te eten en dus gingen we op zoek naar een picknick plaats. We waren nog maar net onderweg toen er een bizon voor ons de weg opliep en via de middenstreep onze kant op kwam, ik stopte en Geke begon te filmen, helaas niet voor lang. Geke raakte lichtelijk in paniek, ‘doe het raam dicht’ schreeuwde ze en vergat verder te filmen. De bizon liep dood gemoederd langs onze auto en we konden weer verder rijden.
Even later vonden we een mooie picknickplek langs de Yellowstone rivier waar we een broodje aten, samen met een paar vogels die een graantje mee pikten.
Net nadat we alles opgeruimd hadden riep Geke ineens ‘Enne, snel in de auto en ramen dicht, er komt een wolf aan’. Terwijl Geke zich in de auto verschanste kwam er inderdaad een bijna witte wolf aangelopen, zonder naar ons om te kijken. Gelukkig had ik mijn camera nog in de hand en kon ik een mooie foto van het beest maken.
De volgende plek waar we naar toe reden was het Yellowstone Lake, 32 km lang en 23 km breed. Hier hebben we nog een kleine route van 1,5 km gelopen, de Pelican Creek Trail. En inderdaad we hebben een paar pelikanen gezien.
Het was al na zessen en dus besloten we naar onze keet te rijden, bijna 30 km. Onderweg zagen we weer elanden en bij een parkeerplaats stonden een aantal mensen op een heuveltje, altijd een teken dat er wat te zien is.
Boven op de heuvel had je een mooi uitzicht op het land met grazende bizons en tot onze grote verrassing, net onder de bosrand, een enorme grizzly beer. Ook al was de beer een eind weg en om hem goed te bekijken had je een verrekijker nodig die we gelukkig bij ons hadden, toch was het een hele belevenis om een grizzly beer in het wild te bekijken. Yellowstone park is 9000km2 groot en er leven 300 grizzly beren en 500 bruine beren, de kans om een beer te zien is dus niet echt groot.
Nog onder de indruk van alles wat we vandaag gezien hadden reden we terug naar onze cabin. Na wederom een waterkoker prak alla Geke, en een glas wijn, konden we terug zien op een hele mooie dag.
Zaterdag 2 juni, Cody - Beartooth Scenic Byway – Yellowstone park
Omdat we vanwege de omweg via de Beartooth Scenic Byway een lange dag voor de boeg hadden zijn we vroeg opgestaan en al om half acht reden we van de camping af.
Het was stralend mooi weer, volop zon en geen wind. Met laaghangende bewolking hadden we deze route niet gereden omdat de Beartoothpas op 3400 meter hoogte ligt en het geen pretje is zolang door de mist te rijden, en je hebt dan ook geen mooi uitzicht.
Het eerste gedeelte van de route ging over de Chief Joseph Scenic Highway, ook een mooie panorama weg. Deze weg reden we ca. 75 km waarna de splitsing kwam, linksaf naar Yellowstone en rechtsaf naar de Beartoothpas. We gingen rechtsaf, het was nog ongeveer 25 km naar de pas, wel moesten we daarna dit stuk weer terug rijden.
Dit is ongetwijfeld één van de mooiste routes die we ooit gereden zijn. Regelmatig zijn we gestopt om te genieten van de schitterende panorama’s. Het weer bleef goed, wel werd het in de omringende bergen steeds bewolkter en in de verte was een enorme onweersbui te zien, de lucht daar werd helemaal zwart.
Deze pas is totaal anders dan in de Alpen, daar rijd je meestal via haarspeldbochten omhoog en ook weer naar beneden. Hier reden wel een paar s-bochten, maar verder ging de weg niet zo steil omhoog en we bleven ook heel lang op een hoogte van 3000 meter rijden, hierdoor kun je veel langer van het uitzicht genieten.
Na het bereiken van de pas reden we terug en dus op weg naar Yellowstone. De weg naar Yellowstone was ook erg mooi, brede valleien met wild stromende rivieren en grazende bizons. Zo nu en dan zagen we ook reeën en antilopen. Vooral voor de reeën moeste we oppassen, ze zijn hier niet zo schuw en steken zomaar de weg over.
We hebben nog een omweg gemaakt via Mammoth Hot Springs waar heet water bronnen zijn. Via vlonders en trappen liepen we door een terrasachtig gebied met verschillende bronnen. Het gebied ziet er erg dor en doods uit, en overal staan waarschuwingsborden om niet van het pad af te wijken i.v.m. de dunne en hete aardkorst. De grond is grauw en grijs, behalve daar waar er heet water uit de bodem komt. Op die plaatsen is de bodem mooi gekleurd met rood en geelachtige tinten. Het water is gloeiend heet, er komt stoom vanaf en het stinkt er naar zwavel.
We waren al op de terugweg naar de auto toen de onweersbui, die we al een tijdje zagen naderen, met fraaie bliksemschichten boven de bergen los barstte.
Het was nu nog 75 km naar Canyon, de plaats waar wij een cabin gereserveerd hadden. De afstanden zijn groot in het Yellowstone park, de rondweg die langs de belangrijkste bezienswaardigheden voert is ongeveer 230 km.
De cabin die wij gehuurd hebben zijn erg oud en vervallen, ze zijn met z’n vieren geschakeld en erg gehorig. Maar we zijn met weinig tevreden en het bed ligt lekker.
Helaas is er geen telefoon en internet, morgen dus eerst maar eens op onderzoek of er hier in de buurt wel internet beschikbaar is.
Na het eten hebben we nog een film gezien en tegen twaalven ging het licht uit.
Onze waterkoker
Vorig jaar hebben we bij Wal Mart een waterkoker gekocht om thee mee te zetten. De Nederlandse dompelaar die we bij ons hadden werkte nauwelijks. Hier hebben ze 110 volt en de dompelaar heeft 220 volt nodig, meer als een kopje lauw water krijg je er niet van.
Nu we deze vakantie steeds overnachten op een camping en we geen kookspullen bij ons hebben, zijn we steeds meer mogelijkheden van een waterkoker gaan ontdekken.
In het begin werd de waterkoker gebruikt om thee en koffie mee te zetten, daarna ook om soep te maken en kant en klare pasta. Heet water erop, 3 minuten laten staan en je kunt eten.
Inmiddels koken we eieren in onze waterkoker en maken we blikjes groente erin warm.
Maar Geke heeft inmiddels ook al stamppot zuurkool in de waterkoker berijdt.
Voor wie het ook eens wil maken:
Stamppot zuurkool uit te waterkoker
Je hebt nodig: een zak zuurkool, een worst in folie en aardappelpuree uit een pakje.
De zak zuurkool leg je in de waterkoker en dan vul je er water bij tot het maximumpeil, als het water kookt even laten staan en dan de waterkoker weer aanzetten, dit doe je 2 of 3 keer. Dit zelfde proces herhaal je met de worst. Om de zuurkool en de worst warm te houden leg je beide in de slaapzak.
Nu kook je water voor de aardappelpuree, maak de aardappelpuree klaar en dan doe je zuurkool en de worst erbij en je hebt een lekkere Hollandse pot.
Eet smakelijk.
Vrijdag 1 juni, Cody – Canyon trail en rodeo
Vandaag zijn we naar de rodeo geweest, wat een belevenis was dat! Maar eerst hebben we vanmorgen een mooie wandeling gemaakt door de canyon die naar de stuwdam voert. Het was ongeveer 3 km heen en we moesten via de zelfde weg weer terug, als je onderaan de stuwdam staat kun je geen kant meer op. Wel een machtig gezicht zo’n enorme grote en hoge wand voor je te zien van meer dan 100 meter hoog. Het was een kronkelig pad langs de rivier tussen hoge rotswanden door, aangelegd in 1904 voor de aanleg van de stuwdam.
Hierna zijn we via de hoofdweg naar het eind van stuwmeer gereden. Dit meer is ca. 15 km lang en aan het begin liggen grote picknick plaatsen en een grote natuurcamping. Hier ging een gravelpad, links af om het stuwmeer heen. Het was een bochtig kronkelig pad langs het meer en door heuvels. Hier was veel wild te zien, op een weiland langs het meer zagen we een kudde van meer dan 50 antilopen, pronghorns zoals ze hier genoemd worden. We konden niet dichtbij komen maar gelukkig hadden we onze verrekijker mee.
Nadat we weer op de verharde weg kwamen reden we terug naar Cody waar we inkopen deden voor de komende dagen in het Yellowstone park.
Terug op de camping, het was inmiddels al 15:30 uur, hebben we eerst maar eens warm gegeten. Daarna lekker uitrusten met een boek erbij en om tegen half zes reden we weer naar Cody.
Vanaf 1 juni tot eind augustus is er elke dag om 18:00 uur een z.g. shoot out naast hotel Irma, dit is een nagespeeld vuurgevecht tussen o.a. Bud Cassidy en Wyat Earp.
De ceremonie begon met het spelen van het Amerikaanse volkslied, iedereen stond en velen met de rechterhand op de borst, daarna was er uitleg over het gevaar van vuurwapens. Het toneelstukje met vuurgevecht stelde niet veel voor, veel geknal en weinig wol.
Dan de Rodeo, hier hadden we echt zin in, ruim van te voren waren we al aanwezig.
We zaten boven de boxen waar de stieren en paarden werden losgelaten, hier had je het beste zicht volgens de aardige verkoopster van de kaartjes. Ook hier werd weer het volkslied gespeeld terwijl jonge cowgirls het terrein opreden met Amerikaanse vlaggen.
Nu begon de rodeo echt, als eerste waren de jongens aan de beurt en dat ging er best ruig aan toe. Een stier met afgeknepen ballen laat zich niet als een mak paard berijden, de meeste jongens lagen dan ook binnen 3 tellen al op de grond. Toch was er één bij die het een 20 seconden vol hield.
Hierna volgden wedstrijden kalveren vangen met een lasso, waarbij het bij de meisje ronde verkeerd afliep. Bij een van de meisjes die de lasso om de nek van een kalf gooide werd een vinger afgerukt die in het zand belandde. Het meisje werd snel naar de kant gebracht, de vinger opgezocht en even later kwam er al een ambulance. En nu maar hopen dat alles goed komt.
Er was ook een kinderronde rodeo, jongens van 8 tot 10 jaar konden het proberen op jonge stieren. Ook hier lagen ze op één na binnen 3 seconden op de grond, best gevaarlijk voor zulke kleine kinderen. Hierna moesten alle kinderen van het publiek zich op het terrein verzamelen waarna er 3 kalveren werden losgelaten met een vlag aan de staart. Wie van de kinderen een vlag te pakken kreeg won een prijs. Het ging er heel fanatiek aan toe en erg vermakelijk om te zien.
Het volgende onderdeel was voor de echte cowboys. Er werd een jonge koe losgelaten waarna 2 cowboys te paard met lasso’s zo snel mogelijk de koe moesten vangen. De eerste cowboy gooide een lasso om de nek en vervolgens moest de 2e cowboy een lasso om de achterpoten gooien, dit moest gebeuren op het moment dat de koe met de achterpoten achteruit sloeg, erg moeilijk. Vooral het gooien van de 2e lasso om de achterpoten moet heel wat uren training gekost hebben.
Als laatste onderdeel was er de rodeo voor de echte diehards op grote wilde stieren. Dit ging er enorm ruig aan toe, de stieren waren zo wild dat ze ondanks de dikke metalen omheining nauwelijks in bedwang waren te houden. Er waren maar 2 mannen die het langer dan een paar seconden op de ruggen van deze wilde stieren wisten vol te houden.
Na afloop, het was al na tienen, reden we naar de camping voor onze laatste nacht in Cody. We hebben hier een paar hele mooie dagen beleefd, morgen rijden we naar het Yellowstone park.