vrijdag 1 juni 2012


Donderdag 31 mei, Cody – Buffalo Bill Historical Center en Buffalo Bill Dam
Vandaag konden we de korte boek weer aan, het was zonnig en warmer dan de afgelopen dagen. Na het ontbijt bezochten we het Buffalo Bill Historical Center met vijf musea onder één dak, waarvan het Plain Indian Museum het meest interessante is. Verder is er nog een museum over de natuur en met name over het Yellowstone park, een museum over Buffalo Bill, een vuurwapen museum en een kunst museum. Aan het laatste zijn we niet toegekomen.
Het indianen museum was werkelijk indrukwekkend met een mooie reconstructie op ware grootte van indianen en hun huisvesting. Prachtige klederdrachten, hoofdtooien, wapens, vredespijpen en andere cultuurvoorwerpen zijn er tentoongesteld. Bijzonder schrijnend is de afdeling over het afslachten van de bizons en het afvoeren van de indianen naar reservaten door de blanken, waar ze werden gedwongen om op Europese wijze te leven.
Hierna hebben we het natuur museum bekeken. Dit is werkelijk schitterend opgezet en enorm uitgebreid.
Vervolgens kwam Buffalo Bill aan de beurt met een reeks voorwerpen die hem ooit toe behoorden.  Een interessante afdeling was die over het dagelijkse leven van cowboys uit de 19e eeuw.
Het Cody Firearms museum hebben we als laatste bezocht, dit gaat over de geschiedenis van Amerikaanse en Europese vuurwapens vanaf de 16e eeuw met een werkelijk reusachtige collectie aan geweren en pistolen, in totaal een 5000 wapens. Teveel om allemaal te bekijken.
Moe en onder de indruk van wat wij allemaal hadden gezien reden we om een uur of twee terug naar de camping om een broodje te eten en een middagdutje te doen.
Weer helemaal fit reden we om 16:00 uur naar de Buffalo Bill dam. Deze stuwdam  van meer dan 100 meter hoog is gebouwd in 1904 voor irrigatie van landbouwgronden en later ook voor het opwekken van elektriciteit, voor die tijd een enorme prestatie. Hier hebben we een film gezien over de bouw van de dam.
Na het doen boodschappen, Geke wou aardappelpuree met zuurkool eten, reden we terug naar de camping. Het eten was prima, waar een waterkoker al niet toe in staat is! Later meer over onze waterkoker.








donderdag 31 mei 2012


Woensdag 30 mei, Cody
Het was pas tegen 9:00 uur dat we ons bed uitkwamen. Na het ontbijt heb ik wat mails beantwoord, verslag getypt en foto’s bewerkt. Geke kon zo op haar gemak koffie drinken en ons beddengoed en handdoeken uitwassen.
Tegen de middag reden we naar Cody waar we diverse winkels bekeken en een paar kleine souvenirs kochten. 
Geke zag in een winkel een poster over een rodeo a.s. vrijdagavond en daar wil ze dus heen, kaarten hiervoor konden we in dezelfde winkel kopen. De eigenaresse van die winkel had Friese grootouders, ze kon zelfs nog wat Nederlands. We hebben nu al diverse mensen gesproken met Nederlandse voorouders, erg leuk.
Hierna reden we naar ‘Old Trail Town’ net buiten Cody, hier was een soort museumdorp. Vanuit het hele westen had men oude western huisjes hier heen gebracht en ingericht. Zo was er een winkel, een school en de saloon waar But Cassidy ooit kwam. Ook had men hier een aantal legendarisch figuren uit de 19e eeuw herbegraven. Verder waren er talloze voorwerpen uit die tijd zoals gebruiksvoorwerpen, kleding, wagens, geweren en pistolen. 
Nadat we alles bekeken hadden reden we naar het toeristenbureau voor informatie over de reis naar het Yellowstone park. We willen er niet rechtstreeks heenrijden maar via de ‘Beartooth Highway’, een schitterende route over een pas van 3400 meter. Helaas kregen we te horen dat de pas nog steeds gesloten is vanwege de vele sneeuw van de afgelopen tijd. Omdat we zaterdag vertrekken willen we vrijdag nog een keer informeren, misschien hebben we geluk.
Geke had bedacht om vanavond een vuurtje te stoken en aardappels te poffen, Geke ging hout sprokkelen en ik moest maar zorgen dat het vuur bleef brandden. Het duurde even maar we hebben lekker gegeten.




woensdag 30 mei 2012


Dinsdag 29 mei, Devils tower - Sheridan - Cody
De zon schijn volop en we kunnen heerlijk buiten voor ons hutje ontbijten, maar niet te lang omdat we een lange rit voor de boeg hebben. 
Om 9:15 uur vertrekken we, nog kilometers lang zien we Devils Tower in onze spiegels. Na 45 km komen we op de snelweg, er is weinig verkeer en rond de middag zijn we al in Sheridan. Hier is niet veel te zien en daarom besluiten we om hier niet te overnachten maar door te rijden naar Cody, dan blijven we daar een dag langer.
Om van Sheridan naar Cody te komen moet je over de ‘Big horn Mountains’ en groot zijn ze, deze bergen.
Het stijgen begon op 30 km buiten Sheridan, de eerste pas kwam op 2600 meter hoogte, hierna volgde een20 km lange hoogvlakte en vervolgens de hoogste pas op bijna 3000 meter hoogte. Hierna bleven we een tijd op deze hoogte rijden, onderweg zagen we nog een langlaufer en 2 elanden die voor ons de weg overstaken.
Bij ‘Medicin Wheel’ op 3048 meter hoogte zijn we even gestopt, helaas was de toegang vanwege de vele sneeuw afgesloten. Medicin wheel is een oude steencirkel die heilig is voor de Sioux- en Cheyenne-indianen in dit gebied. Zij zijn verantwoordelijk voor alle doekjes die er aan het hek hangen dat om de cirkel heen staat. Deze doekjes, die we ook al bij Devils Tower zagen, zijn een offergave aan Manitou, de grote geest.
Even later begon de afdaling, eerst erg steil met grote S-bochten en het laatste gedeelte in één lage rechte lijn naar beneden. In de vrijloop, met 120 km/u en dat meer dan 10 km achter elkaar. Nu de afdaling was het nog ca. 80 km naar Cody.
Cody ligt op een hoogvlakte van 1500 meter hoog en is een toeristisch stadje genoemd naar William E. Cody, alias Buffalo Bill.  Alles is hier in cowboystijl, je kunt er naar rodeo’s en in de zomer is er ’s avonds een ‘shoot out’.
Tegen 18:00 uur, nadat we onze cabin ingericht hadden, reden we naar het centrum van Cody. Hier zijn we gaan eten in restaurant en saloon Irma hotel, dit restaurant behoorde ooit toe aan Irma  de dochter van Buffalo Bill. Hier vind je het wilde Westen in het klein, jachttrofeeën, kroonluchters van hertengeweien, een inmense spiegel en zelfs een tapkast van weichselhout, die door koningin Victoria aan Buffalo Bill werd geschonken. Waar kun je beter uit eten gaan op je 58e verjaardag dan in zo’n eetmuseum?
Het restaurant staat bekend om z’n voortreffelijke malse steaks, maar Geke moest zo nodug een stukje zalm eten. In elk geval hebben we heerlijk gegeten en genoten van deze bijzondere ambiance.






dinsdag 29 mei 2012


Maandag 28 mei, Devils Tower

Na zo’n schitterende avond hoop je natuurlijk op weer een mooie dag, dat werd het ook al zat het weer eerst nog wel tegen. Het was erg koud en het waaide hard. We reden na het ontbijt met de auto naar het ‘visitorscenter’ van Devils Tower en daar hebben we de ‘Tower trail’ gelopen, een 2 km lange wandeling om Devils Tower heen, onderweg hadden we steeds een prachtig uitzicht op de omgeving en op de rots zelf. Nadat we weer terug waren zijn we naar de camping gereden en hebben daar een broodje gegeten. Na een verkwikkend middagslaapje besloten we om een fikse wandeling te gaan maken. We liepen richting Devils tower en na een kilometer kwamen we op de ‘Reds Beds Trail’, een route van ca. 5 km om Devils Tower heen. Dit was echt een super mooi wandeling, eerst liepen we langs vuurrode rotsen, daarna begon een pittige klim en vervolgens hadden we een schitterend uitzicht op de omgeving. Aan de andere kant van de rots kwamen we langs gele rotsen met alweer een mooi uitzicht op de omgeving. Geke zorgde nog even voor paniek door met haar linkervoet achter een boomstronk te haken en ineens met een klap voorover te vallen. Ze viel languit op het pad, gelukkig net op een zanderig stuk, op een paar centimeter na miste ze een puntig rotsblok. Na van de schrik te zijn bekomen konden we verder afdalen naar de verharde weg waar we aansluiting hadden op de volgende trail, een route door een stuk prairie met ‘prairiedogs’.  Hier hebben we ons enige tijd vermaakt met deze grappige diertjes.
Nadat we terug waren op de camping had Geke zin om weer een vuurtje te stoken, inmiddels hadden we genoeg hout verzameld,  en bij een lekker warm knapperend vuur hebben we een gemengde salade met een broodje gegeten en natuurlijk een lekker glas wijn erbij.
Nog even douchen en we konden weer terug kijken op een zeer geslaagde dag. Morgen willen we naar Sheridan en daarna naar Cody.





maandag 28 mei 2012


Zondag 27 mei, Custer – Devils Tower
Na 4 koude, bewolkte dagen schijnt vanmorgen de zon weer. Wat een verschil met de afgelopen dagen. Na ons muesliontbijt pakken we onze spullen in en vertrekken naar Rapid city, 76 km, waar we bij de Wal Mart boodschappen doen voor de komende 2 dagen.
We maken een omweg om via Spearfish canyon te rijden, dit is een lange smalle kloof van ca. 25 km. Rond de middag vinden we een mooie picknickplaats langs het riviertje waar we een broodje eten.
Vanaf het dorp Spearfish is het een mooie weg door een heuvelachtig landschap met veel kleine kronkelende beekjes en grazende koeien.
De Devils Tower is al vanaf grote afstand te zien, als een plompe toren steekt hij boven het landschap uit ,een bijzonder gezicht.
Nadat we ons op de camping geïnstalleerd hebben rijden we naar het ‘visitorscenter’ van de Devils tower, hier begint een 2 mile lange rondweg om deze enorme rots. We waren nog maar net een paar honderd meter onderweg toen het heftig begon te onweren met dikke hagelstenen, dus snel weer terug naar de auto en naar de camping.
Gelukkig werd het na een uur weer droog en later was het zelfs weer onbewolkt, maar wel frisjes.
Dus tijd voor een kampvuur met barbecue. We hadden bij Wal Mart een wegwerp barbecue gekocht, een aluminium bakje met een rooster en wat kooltjes voor $ 3,00 en een dikke steak. Het was echt erg lekker en Geke ging na het eten op zoek naar meer hout waardoor we tot laat in avond van de warmte van ons kampvuur konden genieten.






zondag 27 mei 2012


Zaterdag 26 mei 2012, Custer State Park – Wild Loop en Needles Highway
Dankzij de beide kacheltjes hebben we het vannacht heerlijk warm gehad. Na het ontbijt keek ik nog even de tijd na en kwam tot de ontdekking dat we alweer een tijdzone gepasseerd waren, de klok kon weer een uur achteruit gezet worden.
Jammer genoeg was het weer niet veel beter dan gisteren, het was wel iets warmer maar het miezerde en de wolken hingen erg laag.
Het was nog geen 9:00 uur dat we de camping verlieten op weg naar het Custer State Park waar we de ‘Wild loop’ wouden rijden. Dit is een 25 km lange rondweg door het park aan de zuidkant van de Black Hills, het is een heuvelachtig prairiegebied waar buffels grazen en waar je ook antilopen , elanden en reeën kunt observeren. 
Nog voor we het park inreden zagen we aan de bosrand vlak naast de weg een enorme buffelstier aan het grazen, die moest natuurlijk voor ons poseren voor een foto.
In het park zelf waren ook een aantal wandelroutes uitgezet en wij besloten de ‘prairietrail’ te lopen. Na het parkeren van de auto liepen we het pad op waar aan het begin van de route een waarschuwingsbord stond met de mededeling dat buffels gevaarlijk en onberekenbaar zijn, dat ze er traag uitzien maar bijna 50 km/h kunnen lopen. Geke vond het ineens niet meer zo’n goed idee om hier te gaan lopen, er was verder ook geen mens te bekennen.
Toch zette ze dapper door en al gauw was ze haar angst te boven en genoten we volop van de mooie natuur, geen mens te bekennen, fluitende vogels en reeën die voor ons op de vlucht sloegen. Zo nu en dan moesten we flink klimmen, dan weer dalen, beekjes oversteken en oppassen dat we niet uitgleden op het vaak glibberige pad. 
Nadat we weer bij de auto waren aangekomen vervolgden we onze route, onderweg zagen we nog verschillende antilopen en ineens een hele kudde buffels met kalfjes die bezig waren de weg over te steken. Dit veroorzaakte nogal wat oponthoud, zo konden we mooi wat foto’s maken.
Na het verlaten van de ‘Wildlife loop’ moesten we bijna 50 km naar het westen rijden voor het begin  Needles Higway. We kwamen weer langs Mount Rushmore en nu konden we de presidenten zelfs vanaf de weg bekijken.
De Needles Higway was een heel bijzondere ervaring. De weg is zeer smal en bochtig en voert hoog door de bergen, helaas konden we vanwege de laaghangende bewolking niet van het uitzicht genieten. Wel van de mooie puntige rotsen en de zeer smalle tunnels, de grootste is tevens de langste en hier bevindt zich ook de ‘Needle’, de naald, een hoge smalle rots met een gat erin, sprekend een naald.
Gelukkig konden we nog net een parkeerplaats vinden, we hebben ons hier een tijdje vermaakt met het bekijken van rots klimmers en ook met de capriolen die sommige automobilisten uithaalden om de smalle tunnel door te komen. Er was zelfs een buschauffeur die er in slaagde zonder schade door de tunnel te rijden, dit leverde hem een spontaan applaus op van de toeschouwers.
Nadat we weer bij de camping waren zijn we nog naar de ‘Jewelcave’ gereden, een grottenstelsel in de buurt van Custer, helaas waren alle rondleidingen al gereserveerd en konden we weer terug rijden.